Op 29 april jl. heb ik u tien tips gegeven om een loonsanctie te voorkomen. In dit artikel zal ik ingaan op de acties die u kan ondernemen indien er een loonsanctie is opgelegd.
Tekortkomingen
Het doel van de loonsanctie is om de werkgever de mogelijkheid te geven om de tekortkomingen tijdens re-integratie te herstellen. Daarom kan een loonsanctie ook niet met terugwerkende kracht worden opgelegd.
Bij het opleggen van een loonsanctie geeft het UWV aan wat de tekortkomingen van de werkgever zijn. Het kan zijn dat de werkgever bepaalde informatie en documenten niet heeft verstrekt aan het UWV. In de praktijk gebeurt het echter niet vaak dat er dan een loonsanctie wordt opgelegd, aangezien de werkgever eerst altijd de mogelijkheid krijgt om deze administratieve tekortkoming te herstellen.
Vaker komt het voor dat er een loonsanctie wordt opgelegd omdat de werkgever te weinig heeft gedaan aan de re-integratie van zijn werknemer in de ogen van het UWV, zoals onvoldoende onderzoek naar de herplaatsingsmogelijkheden binnen de onderneming, geen (loon)maatregelen nemen bij het onvoldoende meewerken aan de re-integratie door de werknemer, het plan van aanpak niet bijstellen bij veranderingen in de belastbaarheid van de werknemer of het niet of te laat opstarten van een adequaat tweede spoor traject. Van dit laatste is ook sprake als het UWV van mening is dat het traject dat is afgerond niet als voldoende adequaat kan worden beschouwd. Het UWV kan dan aangeven dat er alsnog een traject moet worden opgestart of worden afgerond.
Bezwaar is mogelijk
Tegen het besluit dat een loonsanctie wordt opgelegd, kan de werkgever in bezwaar gaan. Dat heeft echter alleen zin als het besluit van het UWV juridisch gezien niet juist is, bijvoorbeeld doordat de werkgever een deugdelijke grond had voor de tekortkomingen of doordat het wel degelijk een adequaat tweede spoor traject is geweest dat is doorlopen. Ook is er een grond voor bezwaar als het UWV de loonsanctie te laat, als de werknemer al 2 jaar arbeidsongeschikt is, heeft opgelegd. Verder kan het UWV aansprakelijk worden gesteld.
De werknemer kan in bezwaar gaan tegen het besluit van het UWV dat er geen loonsanctie is opgelegd. Daarbij dient het UWV aansprakelijk gesteld worden voor de schade die de werknemer op heeft gelopen.
Het bekorten van de loonsanctie
Van belang is dat de tekortkoming zo snel mogelijk wordt gerepareerd, omdat de werkgever na reparatie van de tekortkoming een bekortingsverzoek kan indienen bij het UWV, waarmee de periode waarvoor de loonsanctie is opgelegd kan worden bekort. Dit is ook mogelijk als de werknemer vanwege medische redenen de komende drie maanden niet in staat is tot het verrichten van (passende) arbeid en het onduidelijk is of de werknemer daarna daartoe wel in staat is. In dat geval is de werkgever namelijk niet in staat om de geconstateerde tekortkomingen te herstellen.
Aansprakelijk stellen
Als de loonsanctie is opgelegd vanwege foutieve advisering, bijvoorbeeld van de arbodienst, dan kan er ook een grond zijn voor het aansprakelijk stellen van deze organisatie en het vorderen van een schadevergoeding.
Indien u juridisch advies nodig heeft over de aanpak van de re-integratie na het verkrijgen van een loonsanctie of als wij u kunnen adviseren over de haalbaarheid van een bezwaarprocedure of bekortingsverzoek kunt u contact opnemen met Rigje Rosier via r.rosier@valegis.com.