Skip to main content

Partijen Dovideq en CB hebben een samenwerkingsovereenkomst voor de ontwikkeling van een endoscoopmeetsysteem gesloten, waarbij zij exclusiviteit zijn overeengekomen. Later ontwikkelde Dovideq echter een nieuw apparaat voor handmatige metingen van endoscopen. CB probeerde via een kort geding deze ontwikkelingen te stoppen met een beroep op het exclusiviteitsbeding.

Het geschil tussen Dovideq en CB draait om de interpretatie van het exclusiviteitsbeding. CB claimt dat de exclusiviteit ook geldt voor het nieuwe apparaat, terwijl Dovideq dit betwist.

In hoger beroep oordeelt de voorzieningenrechter dat CB niet overtuigend heeft aangetoond dat de exclusiviteit zich uitstrekt tot het nieuwe apparaat (Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 9 februari 2021, ECLI:NL:GHARL:2021:1227). Er zijn geen duidelijke grenzen gesteld aan de exclusiviteitsbepalingen, zoals ten aanzien van de geografische reikwijdte en duur. Bovendien bedient het nieuwe apparaat een ander marktsegment dan het oorspronkelijke, wat aangeeft dat de apparaten niet direct met elkaar concurreren. De vorderingen van CB worden afgewezen, met als gevolg dat zij de ontwikkeling van het nieuwe apparaat moet dulden.

Het exclusiviteitsbeding zoals opgesteld door Dovideq en CB bleek niet toekomstbestendig. Hoewel de toekomst niet voorspeld kan worden, draagt een toekomstgerichte blik bij aan de kracht van een exclusiviteitsbeding.

Wilt u geadviseerd worden bij het opstellen van een exclusiviteitsbeding? Neem dan vrijblijvend contact op met Angela Schwegler (a.schwegler@valegis.com).

Angela Schwegler-Veldstra

Angela studeerde cum laude af aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en is sinds 2016 advocaat. Zij heeft zich bij een middelgroot advocatenkantoor in Amsterdam gespecialiseerd binnen het ondernemingsrecht in brede zin.