Skip to main content

Altijd al een ‘echte’ Clint Eastwood aan de muur willen hebben? Zijn markante kop werd in 1994 door Corbijn op de plaat gezet en in 2002, naast portretten van onder meer Keith Richards en Courtney Love, getoond op de expositie ‘WERK’ in Leica Gallery Prague (LGP).

Zoals gebruikelijk, bestaat er een beperkte oplage van dit werk. De lucky few die een exemplaar hebben kunnen bemachtigen, vinden daarop een handtekening van de fotograaf en een echtheidscertificaat.

Maar wat zegt dat nou precies, zo’n echtheidscertificaat? Eerder dit jaar stond er een ter discussie voor de rechtbank Amsterdam.

De situatie was als volgt. In 2020 werd Corbijn benaderd door een partij die hem vroeg de authenticiteit te bevestigen van een exemplaar van een portret van Clint Eastwood. Het portret werd op online veilingplatform Catawiki aangeboden. Volgens de Catawiki-advertentie zou het gaan om exemplaar 295 uit een limited edition reeks van 300. Het werk zou worden vergezeld door een “Certificate of Authenticity” van LGP.

Corbijn, niet bekend met deze editie en het getoonde certificaat, nam contact op met de Catawiki-aanbieder en verzocht hem een einde te maken aan het ongeautoriseerd kopiëren en openbaar maken van zijn portret van Eastwoord. Ook verlangde hij (onder meer) inzage van het aantal verkochte ongeautoriseerde exemplaren, opgave van de winst die de aanbieder met de ongeautoriseerde exemplaren zou hebben gemaakt en de contactgegevens van de professionele kopers van de ongeautoriseerde kopieën.

De aanbieder reageerde verbaasd. De door hem aangeboden exemplaren zouden wel degelijk authentiek zijn.

De reproducties zouden jaren daarvoor door LGP aan zijn moeder zijn gegeven om een einde te maken aan een conflict over een klus die zij voor LGP had verricht. Daarbij zou LGP hebben toegezegd dat de reproducties met toestemming van de fotograaf zouden zijn vervaardigd. Bewijs kon hij daar alleen niet van overleggen.

Op zitting verklaarde Corbijn aan niemand (behalve aan zijn ene vaste drukker) toestemming te hebben geven om zijn edities af te drukken. Het afdrukken van foto’s is een kwestie van vertrouwen en dus houdt hij altijd controle over zijn werk, aldus de fotograaf.

Ook werd aangetoond dat hij slechts series van rond 20 exemplaren of minder laat afdrukken. De enkele keer dat er een grotere oplage was, bijvoorbeeld bij foto’s van U2, ging het om fotografie in opdracht.

De rechtbank oordeelde dat – als de echtheid van een foto in twijfel wordt getrokken – het aan de aanbieder van die foto is om bewijs over te leggen dat de foto met toestemming van de fotograaf tot stand is gekomen. Nu de aanbieder van de foto daar in deze zaak niet in geslaagd is en wel is komen vast te staan dat de foto door de aanbieder te koop is aangeboden, is auteursrechtinbreuk aannemelijk.

Moraal van dit verhaal: overweeg je een foto te kopen, controleer dan altijd de weg naar de maker, zeker als het gaat om werk van een bekende fotograaf. Bekende fotografen werken vaak met vaste vertegenwoordigers met zicht op de whereabouts van authentieke exemplaren.

× Hoe kan ik u helpen?